Niet dat de jongen zo'n springer was, maar hij had iets. Alsof het geluk diep in hem zat.
Met een brede glimlach en een vrolijke huppel in de benen wandelde hij weg.
Het was de blonde jongen met het koffertje. Zoals hij daar stond leek hij gemaakt van wind en regen.
Maanlicht dobberde op de golven.
Het was de stilte die hoorde bij erge dingen, bij ruzie en zo.
Het was de dag van de laatste avond. Of juister: de avond van de laatste dag.
Als ik zou durven, zou ik deze keer niet alleen de zinnen onderstrepen maar ook nog tekeningen uitscheuren en ophangen.
Heerlijke job heb ik. Kinderboeken lezen en er nog voor betaald worden ook.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten