zondag 13 oktober 2019

0,00001 % energie










Om maar te tonen: de weg naar de top is aangeduid. Langbiang is de hoogste berg van Đà Lạt en een van de weinige wandelingen in Vietnam waarvoor je geen gids nodig hebt.

Dus trekken wij meteen de eerste dag na aankomst onze stapschoenen aan. Broodjes en zonnecrème gesmeerd. Rugzak met regenjassen mee. Half oktober zit Đà Lạt weliswaar aan het einde van het regenseizoen, maar in de namiddag is er nog steeds een grote kans op buien en deze wandeling zou gemiddeld drie uren duren.

We beginnen de tocht met een slok water en een goede conditie. (Dat zou toch moeten. Ik train hier twee keer per week in omstandigheden die marathonlopers vellen...) Lukas plakt graag cijfers op zijn energieniveau en verzekert ons dat die honderd procent is.

De berg is mooi en bizar. Voorbij de veldjes met koffieplanten komen we eerst in naaldwoud terecht. Iets later en veel hoger stappen we door dichte jungle. Vonden de Fransen het vanaf daar niet meer de moeite om bomen te planten waaruit ze rubber konden halen? Is tropisch woud (tropisch hout!) de natuurlijke vegetatie en om die reden alleen op grote hoogte overeind gebleven?

De berg is vermoeiend. Ondanks onze goede conditie weegt elke stap. Ik denk dat we ondertussen al redelijk goed kunnen omgaan met de vochtige hitte, het moeten de hoogtemeters zijn. Voor wie constant op zeeniveau leeft, is het niet niets om boven 1500 meter te bewegen. En dat is nog maar het vertrekpunt. 

Lukas' percentages zakken sneller dan wij stijgen. Van tachtig procent naar minder dan de helft. Hij heeft dorst en zijn benen zijn moe. Nog maar twintig procent. Hij zweet en hij kan niet meer. Vijf. Dorst. Twee. Honger. Eén. Moe. Met zijn laatste restje moet hij nog ruim driehonderd meter naar boven.

En dan blijkt energie een rekbaar begrip. Met nul komma vijfennegentig procent klimt hij zijn zus achterna. Nul komma vijftig. Een slok water. Nul komma één. We komen aan een pad met trappen, het laatste stuk. Nul komma nul één. Een touw waar het te steil wordt. Nul komma nul nul één. Jana wacht boven op hem.

Met steeds meer nullen na de komma bereikt hij de top. 

We eten onze bánh mì precies 2.167 meter boven de zeespiegel. Na reusachtige bomen en uitbundig struikgewas is de top op een vreemde manier vrij van vegetatie. Misschien wordt er soms aan paragliding gedaan, denkt Allerliefste.*

Er is geen mist en we zijn buiten adem. Door het uitzicht op een panorama van 360° en de klim. Vier kilometer recht naar omhoog, terug beneden denk ik niet dat ik vandaag nog ga trainen... Met vernieuwde energie en ijsjes in het vooruitzicht gaat de afdaling snel.



Onderweg komen we een dorstig Vietnamees koppel tegen. Zonder water maar met hondje in drakenpak. We zitten elk om beurt op een schommel van lianen. Op een paar omgehakte of uitgebrande stammen gaan we als yoga standbeelden staan.

Lukas heeft weer honderd procent energie. Hij springt van de trappen, loopt tussen de wortels. We moeten hem intomen, straks rolt hij nog naar beneden. Eerst nog door de jungle, dan tussen de naaldbomen. Dat gaat prikken.








Terug beneden, bewoonde wereld. Het pad door de koffieplantage. Hier is een goede omschrijving en neen, een toegangsticket heb je niet nodig. Tenzij je dus inderdaad foto's wil nemen met een paard waarop zwart-witte strepen gespoten zijn... Voor een valse zebra hadden wij écht geen energie meer.

* Allerliefste vermoedde het juist. De volgende dag horen we dat er sinds een erngstig ongeval geen paragliding meer gebeurt. Wandelen is een heel goed alternatief.
    

1 opmerking:

  1. Haha, heerlijke beschrijving van dat energieniveau :) En die fotoreeks van die bordjes! Vooral die "Go up - Go down", alsof dat niet sowieso uit het reliëf af te leiden is :)

    BeantwoordenVerwijderen