maandag 6 oktober 2014

Mijn wilde man

We gingen dus nog een keer. Vandaag zonder woeste wijven, alleen met een wilde man.

Hoewel... wilde man?

Om te beginnen was hij zwaar onder de indruk van de Papieren Koning. Nochtans de papa van een klasvriendje, dat zag hij meteen aan de kenmerkende baard. Maar Lukas gaat zo op in zijn fantasie dat het vanaf heden niet meer de papa is die B. komt halen op school, maar de Koning van de Literatuur.



Het is de Koning die alle boeken geboren laat worden, die weet hoe de letters uit zijn zwaard uiteindelijk zwart op wit op het blad zullen landen. Voor de gelegenheid bracht Zijne Koninklijke Geletterdheid vandaag in avant-première een verhaal over Kapitein Nemo. De papieren personages en de bordkartonnen beelden toverde hij daarbij zomaar uit zijn mouw - euhm, armhandschoen/armverwarmer.

Was dat bloedstollend, zeg. Zo bloedstollend dat Lukas haast niet durfde te kijken. Hij hield zijn hand voor zijn ogen, zo eng was het. En tegelijk zijn vingers gespreid om toch maar niets te missen, zo spannend was het.



Kortom, echt een durver, dat kleintje van mij.
Een woeste wildeman.



Daarna passeerden we een paar bizarre etalages, de mobiele Piepkes, een levende jukebox,... Een cape schilderen wilde hij niet. Daar liep ik dan de tweede dag op rij voor niets rond met mijn rugzakje vol oude lakens!

Naar de verdrietverwerkster wilde hij wel. Ik wist het niet, maar Lukas wilde blijkbaar één en ander te boven komen. Op zijn tekening krabbelde hij een doolhof waar hij ooit een groot trauma moet beleefd hebben.

'Ik was verdrietig want ik was jou kwijt!' riep hij vol enthousiasme.




Toen werd ik ook een beetje verdrietig. Ook al kan ik me het voorval absoluut niet herinneren - iets wat ik toch niet licht zou vergeten... Maar toen hij mij kwijt was, was ik hem toch ook kwijt? 

Dus tekende ik er een groot en een klein poppetje bij, onze armen extra lang omdat we elkaar terug gevonden hebben. Ik vouwde een bootje van onze tekening. Lukas gaf het aan de kapitein die hem recht in de ogen keek -'dank u voor uw verdriet'- en het naar de verwerkster voer. 





'Dat is goed, hé, mama? Die mevrouw weent dat tot aan de zee. Tot aan de zee!! Dan is al mijn verdriet weg en moet ik nooit meer wenen.'



* Dat vind ik heel goed, mijn wilde zachte man. *

Geen opmerkingen:

Een reactie posten