'Gij schijtluis!' zei ik tegen mezelf.
Waar is het kind gebleven dat dolgraag meeging op werfbezoek, gezwind over stellingen liep en zelfs haar allereerste vakantiejob in den bouw deed?
Ik voelde de knoop in mijn maag al toen mijn vader-architect de trip naar de Galveston toren nog maar aankondigde. Mooi licht daar! En leuk uitstapje voor de kleinkinderen! Ik zei ja, maar met een klein hartje. En toen wist ik nog niet eens wist dat we een buiten-bouwlift zouden nemen.
De schok waarmee dat bakske aan de buitenkant van het gebouw in kwestie in gang schiet, is wel het minste. Dat schommelt, wiebelt en rammelt ook nog langs alle kanten. Het afsluithek is een raster met vrij grote gaten en er is dus geen afgesloten koker. Zien dat je steeds hoger gaat, dàt is het ergste!
Toen de lift boven de dakrand van het kleinere gebouw rechtover rees, werd alles ijl. We stegen verder, in het niets. En ik kon alleen maar denken: 'Blijf rustig ademen, hou die kinderhandjes vast en laat vooral niets merken. Schijtluis dat ge geworden zijt!'
Ik denk dat dat gelukt is. Tot we terug beneden waren. Toen zei ik 'nooit meer!' en durfde ik eindelijk een foto nemen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten