Pas op, hier komt mijn mening. Al zit ik er wel een beetje mee achter.
Zaterdag gingen we naar de feestelijke opening van de Stadshal.
Daarna kreeg ik teveel snot in mijn kop ('s avonds kroop ik in bed in plaats van op mijn blog).
Het één (verkoudheid) heeft gelukkig niets met het ander (openingsconcert) te maken.
Hoewel het onder die stadshal open is, inderdaad.
Maar dat vind ik net mooi. Die hele hal vind ik mooi. (En ik niet alleen.)
Ik heb gewacht met mezelf een mening te vormen tot het af was. En nu dat min of meer het geval is, vind ik dat dat gebouw 'werkt'. De link met vroegere stadshallen en de moderne invulling ervan, het gevoel dat ik krijg wanneer ik eronder sta, de mooie combinatie van hout en glas, de manier waar op ik nu naar de gebouwen rondom kijk... Die torens rondom komen nu zelfs béter uit dan voorheen. Geef toe, vroeger keek niemand nog op of om, iedereen wou zo snel mogelijk die vuile parking af, de vieze plein door. En nog vroeger stond het er naar het schijnt ook vol gebouwd. Neen, nu met die Stadshal krijgen de gebouwen rondom een soort kader. Prachtig was het om in het kleine driehoekje tussen podium en nok zaterdagavond de Mammelokker te kunnen zien. Nog een beetje meer doordachte verlichting daarop en - wow!
En zeggen dat Siegried Bracke in de Zevende Dag eigenlijk niet over smaak had willen twisten. Terwijl hij uiteindelijk toch zoiets dom zei als "ik had iets willen zetten dat duidelijker toont dat het moderne, hedendaagse architectuur is." Tiens, in Venetië vinden ze het wel duidelijk moderne, hedendaagse architectuur. Kort ervoor beweerde hij zelfs dat het te groot is (zaterdag heb ik gezien dat er in geval van regen nog tenten bij zouden moeten komen...) en sprak hij in oude Belgische franken (natuurlijk klinkt het budget dan aanzienlijk, wat een flauwe goedkope truuc!).
Ach... Zij en Karel van Keymeulen hebben gelijk: binnen een jaar of vijf zijn we allemaal unaniem fier. (En tot dan ga ik er ondertussen wel al een paar keer heen trekken om van allerlei evenementen te genieten. Eens gaan eten in de restaurant eronder. Bij de open haard op het plein gaan zitten. Luisteren naar het klokkenluiden. Toeven in het groen.)
Enfin, daar op de nationale televisie had Martine De Regge de oppositie gerust wat steviger mogen aanpakken. Op het einde had ze van mij zelfs iets mogen zeggen als: "Meneer Bracke, als u uw beleid baseert op verzonnen verhalen - de rondleiding zaterdag met het verhaal over die houtworm bestond geheel en al uit mopjes... Dàt noem ik pas slecht bestuur."
Wat een kemel sloeg hij daar! De journaliste kon haar lach zelfs niet inhouden. (En zij niet alleen.)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten