Rond de glijbaan en de schommels tref je meestal een bonte verzameling jonge moeders met hun jonge kinderen. De petanquebaan is vooral populair bij verjaardagsfeestjes en familiepicknicks. Soms zitten we in onze achtertuin middenin het feestgedruis en worden we daar vanzelf helemaal vrolijk van.
Behalve als zij roept: 'Mama, die meneer is er weer!'
Dan gaan we aan het raam staan kijken. Niet zo vrolijk als bij de familiefeestjes, maar wel enorm gefascineerd. Want daar staat hij dan.
Met twee sets petanqueballen, een trainingsvestje uit de jaren '80, sigarettenpeuk in de mond, grote hoornen bril en een veel te wijde pantalon speelt de man petanque tegen... Zichzelf! En dat doet hij consciëntieus: als onduidelijk is welke set ballen het dichtst bij de cochonnet ligt, gaat hij door de knieën, knijpt zijn ogen dicht, schat in en past desnoods de afstand af met zijn voetstappen.
Een bijzonder schouwspel. Want hoe zou dat voelen, jezelf beconcurreren? Wakkert het de competitiedrang aan of ga je net valsspelen? En in je hoofd: heb je stiekem voorkeur voor de ene partij en bedenk je strategieën om de ander om de tuin te leiden? Behoorlijk schizofreen...
Tot diep in november stonden wij erbij en keken ernaar. Toen kwam de sneeuw en kon je alleen maar gokken waar de petanquebaan lag. 't Is wachten op het volgend seizoen om "die meneer" terug te zien.
héérlijk :)
BeantwoordenVerwijderenals hij terug is kom ik ook eens raamkijken ;)