We noemen hem ons Indianenjong. Net als zoveel baby´s overal ter wereld, zit hij altijd op ons vel.
Op mijn buik of achter op mijn heupen. Schommelend op mijn stappen. Gewiegd door mijn kadans. Met zijn bolle kopje in de zon of lichte regen kijkt hij zichzelf de wereld in. - Onder de douche in de veilige armen van Allerliefste. Of in het groot bad waar hij kan zwemmen tussen mijn benen. Een babybadje vindt hij veel te klein en eenzaam. - In ons bed. Naast onze ademhaling. De zijne snel en licht. - Aan het kampvuur. Hoe ik smelt wanneer ik de warme gloed op zijn wangen zie.- In de hangmat op warme zomerdagen.- Op mijn schoot aan tafel waar hij gretig observeert hoe zijn zus babbelend knabbelt.
En nog steeds verbaas ik me erover hoe verslaafd hij is aan onze aanwezigheid. Diep in slaap terwijl één van ons iets verderop een boek leest. Maar o wee wanneer we de ruimte verlaten - slechts een paar meter verder. Hij voelt het en hij wordt wakker.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten